Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Duits ->Vertaal harigheid

Vertaal harigheid van Nederlands naar Duits

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

harigheid:
- Haarigkeit; Behaartheit
harig:
- haarig; behaart
Wiktionary:
- harig → haarig, behaart, pelzartig, gezottelt, Zottel-, zottig

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor harigheid (Nederlands) in het Duits

harigheid:

harigheid [znw.] zelfstandig naamwoord

harigheid (behaardheid)
die Haarigkeit; die Behaartheit
- Haarigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Behaartheit [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor harigheid:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Behaartheit	behaardheid; harigheid
Haarigkeit	behaardheid; harigheid

Verwante woorden van "harigheid":

harig

harigheid vorm van harig:

harig bijvoeglijk naamwoord

harig (behaard; ruig)
haarig; behaart
- haarig bijvoeglijk naamwoord
- behaart bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor harig:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
behaart	behaard; harig; ruig
haarig	behaard; harig; ruig	bitter teleurgesteld; hard; hardhandig; harige; onduidelijk; onzacht; ruw; verbitterd; wollig

Verwante woorden van "harig":

harigheid, hariger, harigere, harige

Wiktionary: harig

Cross Translation:

From	To	Via
• harig	→ haarig; behaart	↔ hairy — of a person
• harig	→ pelzartig	↔ hairy — of an animal
• harig	→ haarig; behaart	↔ hairy — of a body part other than the head
• harig	→ gezottelt; haarig; Zottel-; zottig	↔ poilu — velu
• harig	→ gezottelt; haarig; Zottel-; zottig	↔ velu — anatomie\|fr Qui est couvert de poils. — note Il ne se dit ni par rapport aux cheveux, ni par rapport à la barbe.