Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. inmengen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor inmengen (Nederlands) in het Duits

inmengen:

inmengen werkwoord (meng in, mengt in, mengde in, mengden in, ingemengd)

  1. inmengen (bemoeien; mengen)
    bemühen
    • bemühen werkwoord (bemühe, bemühst, bemüht, bemühte, bemühtet, bemüht)

Conjugations for inmengen:

o.t.t.
  1. meng in
  2. mengt in
  3. mengt in
  4. mengen in
  5. mengen in
  6. mengen in
o.v.t.
  1. mengde in
  2. mengde in
  3. mengde in
  4. mengden in
  5. mengden in
  6. mengden in
v.t.t.
  1. heb ingemengd
  2. hebt ingemengd
  3. heeft ingemengd
  4. hebben ingemengd
  5. hebben ingemengd
  6. hebben ingemengd
v.v.t.
  1. had ingemengd
  2. had ingemengd
  3. had ingemengd
  4. hadden ingemengd
  5. hadden ingemengd
  6. hadden ingemengd
o.t.t.t.
  1. zal inmengen
  2. zult inmengen
  3. zal inmengen
  4. zullen inmengen
  5. zullen inmengen
  6. zullen inmengen
o.v.t.t.
  1. zou inmengen
  2. zou inmengen
  3. zou inmengen
  4. zouden inmengen
  5. zouden inmengen
  6. zouden inmengen
en verder
  1. is ingemengd
diversen
  1. meng in!
  2. mengt in!
  3. ingemengd
  4. inmengend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor inmengen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bemühen bemoeien; inmengen; mengen