Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. neerbrengen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor neerbrengen (Nederlands) in het Duits

neerbrengen:

neerbrengen werkwoord (breng neer, brengt neer, bracht neer, brachten neer, neergebracht)

  1. neerbrengen
    hinunterbringen
    • hinunterbringen werkwoord (bringe hinunter, bringst hinunter, bringt hinunter, brachte hinunter, brachtet hinunter, hinuntergebracht)

Conjugations for neerbrengen:

o.t.t.
  1. breng neer
  2. brengt neer
  3. brengt neer
  4. brengen neer
  5. brengen neer
  6. brengen neer
o.v.t.
  1. bracht neer
  2. bracht neer
  3. bracht neer
  4. brachten neer
  5. brachten neer
  6. brachten neer
v.t.t.
  1. heb neergebracht
  2. hebt neergebracht
  3. heeft neergebracht
  4. hebben neergebracht
  5. hebben neergebracht
  6. hebben neergebracht
v.v.t.
  1. had neergebracht
  2. had neergebracht
  3. had neergebracht
  4. hadden neergebracht
  5. hadden neergebracht
  6. hadden neergebracht
o.t.t.t.
  1. zal neerbrengen
  2. zult neerbrengen
  3. zal neerbrengen
  4. zullen neerbrengen
  5. zullen neerbrengen
  6. zullen neerbrengen
o.v.t.t.
  1. zou neerbrengen
  2. zou neerbrengen
  3. zou neerbrengen
  4. zouden neerbrengen
  5. zouden neerbrengen
  6. zouden neerbrengen
en verder
  1. is neergebracht
  2. zijn neergebracht
diversen
  1. breng neer!
  2. brengt neer!
  3. neergebracht
  4. neerbrengend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor neerbrengen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hinunterbringen neerbrengen naar beneden brengen; omlaagbrengen; omlaagdragen; omlaagtillen