Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. rechercheur:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor rechercheur (Nederlands) in het Duits

rechercheur:

rechercheur [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de rechercheur (speurder; detective)
    der Detektiv; der Kriminalbeamte; der Geheimpolizist; der Fahnder

Vertaal Matrix voor rechercheur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Detektiv detective; rechercheur; speurder Detective
Fahnder detective; rechercheur; speurder conducteur; controleur; opsporingsambtenaar; opsporingsbeambte; treinconducteur
Geheimpolizist detective; rechercheur; speurder geheime politieagent; stille
Kriminalbeamte detective; rechercheur; speurder

Verwante woorden van "rechercheur":

  • rechercheurs

Wiktionary: rechercheur


Cross Translation:
FromToVia
rechercheur Ermittler detective — police officer who looks for evidence