Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
auswaschen
|
bleek worden; wit wegtrekken
|
omspoelen met water; tanen; uitspoelen; uitwassen; verbleken; vervagen
|
bleichen
|
bleek worden; wit wegtrekken
|
bleken; opbleken; tanen; vaal worden; verbleken; verkleuren; verschieten; vervagen; vervalen
|
erblassen
|
bleek worden; wit wegtrekken
|
bleek worden; bleken; opbleken; tanen; vaal worden; van kleur veranderen; verbleken; verflauwen; verkleuren; verschieten; verslappen; vervagen; vervalen; wit worden
|
erbleichen
|
bleek worden; wit wegtrekken
|
bleek worden; bleken; opbleken; tanen; vaal worden; van kleur veranderen; verbleken; verflauwen; verkleuren; verschieten; verslappen; vervagen; vervalen; wit worden
|
schießen
|
bleek worden; wit wegtrekken
|
afschieten; afvuren; schieten; schoten lossen; vuren
|
verblassen
|
bleek worden; wit wegtrekken
|
bleek worden; tanen; vaal worden; verbleken; verflauwen; verkleuren; verschieten; verslappen; vervagen; vervalen; wit worden
|