Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. zwendelaar:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zwendelaar (Nederlands) in het Duits

zwendelaar:

zwendelaar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de zwendelaar (fraudeur)
    der Betrüger; der Schwindler

Vertaal Matrix voor zwendelaar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Betrüger fraudeur; zwendelaar bedrieger; flessentrekker; misleider; oplichter; sjoemelaar
Schwindler fraudeur; zwendelaar bedrieger; bedriegers; flessentrekker; jokkebrok; jokkebrokken; knoeipot; leugenaar; leugenaars; leugenbeest; misleider; misleiders; morser; oplichter; oplichters; sjoemelaar; sjoemelaars; zwendelaars

Verwante woorden van "zwendelaar":


Wiktionary: zwendelaar


Cross Translation:
FromToVia
zwendelaar Gauner; Ganove crook — a criminal who steals