Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. eentonigheid:
  2. eentonig:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor eentonigheid (Nederlands) in het Engels

eentonigheid:

eentonigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de eentonigheid (uniformiteit; monotonie; saaiheid; eenvormigheid)
    the uniformity; the monotony; the dullness; the boredom; the paleness; the sameness; the sallowness; the blandness; the drabness

Vertaal Matrix voor eentonigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blandness eentonigheid; eenvormigheid; monotonie; saaiheid; uniformiteit flauwheid; grauwheid; kleurloosheid; somberheid; vaalheid; zonder veel smaak
boredom eentonigheid; eenvormigheid; monotonie; saaiheid; uniformiteit verveling
drabness eentonigheid; eenvormigheid; monotonie; saaiheid; uniformiteit grauwheid; kleurloosheid; somberheid
dullness eentonigheid; eenvormigheid; monotonie; saaiheid; uniformiteit daadloosheid; geesteloosheid; grauwheid; grauwte; grijsheid; inertie; kleurloosheid; lauwheid; lethargie; lusteloosheid; onbenulligheid; ongeanimeerdheid; onwetendheid; somberheid; stompzinnigheid; vaalheid; willoosheid
monotony eentonigheid; eenvormigheid; monotonie; saaiheid; uniformiteit eenheid; eenvormigheid; gelijkvormigheid; grauwheid; grauwte; grijsheid; kleurloosheid; monotonie; somberheid; uniformiteit
paleness eentonigheid; eenvormigheid; monotonie; saaiheid; uniformiteit bleekheid; fletsheid; pipsheid; vaalheid
sallowness eentonigheid; eenvormigheid; monotonie; saaiheid; uniformiteit vaalheid
sameness eentonigheid; eenvormigheid; monotonie; saaiheid; uniformiteit
uniformity eentonigheid; eenvormigheid; monotonie; saaiheid; uniformiteit eenheid; eenvormigheid; eenzelvigheid; egaliteit; gelijkvormigheid; monotonie; uniformiteit

Verwante woorden van "eentonigheid":


Wiktionary: eentonigheid

eentonigheid
noun
  1. -

Cross Translation:
FromToVia
eentonigheid monotony monotoniecaractère de ce qui est monotone.

eentonig:

eentonig bijvoeglijk naamwoord

  1. eentonig (saai; vervelend; suf; )
    tedious; boring; dreary; dull
    • tedious bijvoeglijk naamwoord
    • boring bijvoeglijk naamwoord
    • dreary bijvoeglijk naamwoord
    • dull bijvoeglijk naamwoord
  2. eentonig (geestdodend; saai; suf; stom; afstompend)
    deadening; boring; dull
  3. eentonig (saai; slaapverwekkend; monotoon)
    boring; dreary; dull; drab
    • boring bijvoeglijk naamwoord
    • dreary bijvoeglijk naamwoord
    • dull bijvoeglijk naamwoord
    • drab bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor eentonig:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tedious etteren; vervelend doen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boring afgezaagd; afstompend; eentonig; geestdodend; monotoon; saai; slaapverwekkend; stom; suf; vervelend afgezaagd; bokkig; dwars; ellendig; koppig; langdraadig; langdradig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; saaie; stijfhoofdig; stomvervelend; taai; vervelend; weerbarstig; weerspannig; zonder afleiding
deadening afstompend; eentonig; geestdodend; saai; stom; suf
drab eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend grauw; grauwkleurig; grijs; mistroostig; somber; triest; troosteloos; vreugdeloos
dreary afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend grauw; mistroostig; somber; triest; troosteloos; vreugdeloos
dull afgezaagd; afstompend; eentonig; geestdodend; monotoon; saai; slaapverwekkend; stom; suf; vervelend achterlijk; afgestompt; afgezaagd; beslagen; bleekrood; bokkig; bot; breinloos; daas; dof; dom; duf; dwars; ellendig; flets; geesteloos; glansloos; grauw; hersenloos; idioot; koppig; langdraadig; langdradig; langwijlig; lastig; mat; melig; mistroostig; niet helder; niet uitbundig; onbenullig; ongeanimeerd; onnozel; onscherp; onverstandig; rot; saai; saaie; smakeloos; soezerig; somber; stijfhoofdig; stijlloos; stompzinnig; stupide; suf; taai; triest; troosteloos; vaalrood; verstandeloos; versuft; vervelend; vreugdeloos; weerbarstig; weerspannig; zonder afleiding; zouteloos
tedious afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend bokkig; breedsprakig; breedvoerig; dwars; koppig; langdradig; omslachtig; omstandig; saai; stijfhoofdig; taai; uitgebreid; uitvoerig; vervelend; weerbarstig; weerspannig; wijdlopig; zonder afleiding
- saai; vervelend

Verwante woorden van "eentonig":

  • eentonigheid, eentoniger, eentonigere, eentonigst, eentonigste, eentonige

Synoniemen voor "eentonig":


Antoniemen van "eentonig":


Verwante definities voor "eentonig":

  1. zonder afwisseling1
    • dit liedje is erg eentonig1

Wiktionary: eentonig

eentonig
adjective
  1. saai doordat het telkens hetzelfde is
eentonig
adjective
  1. tedious, repetitious or lacking in variety
  2. having an unvarying tone or pitch
  3. lacking variety or excitement; dull; boring

Cross Translation:
FromToVia
eentonig monotonous monotone — Qui est toujours sur le même ton, qui n’est pas varier dans ses intonations ou dans ses inflexions.