Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. kniezen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kniezen (Nederlands) in het Engels

kniezen:

kniezen werkwoord (knies, kniest, kniesde, kniesden, gekniesd)

  1. kniezen (mokken)
    to sulk; to pout; to nurse a grievance
    • sulk werkwoord (sulks, sulked, sulking)
    • pout werkwoord (pouts, pouted, pouting)
    • nurse a grievance werkwoord (nurses a grievance, nursed a grievance, nursing a grievance)

Conjugations for kniezen:

o.t.t.
  1. knies
  2. kniest
  3. kniest
  4. kniezen
  5. kniezen
  6. kniezen
o.v.t.
  1. kniesde
  2. kniesde
  3. kniesde
  4. kniesden
  5. kniesden
  6. kniesden
v.t.t.
  1. heb gekniesd
  2. hebt gekniesd
  3. heeft gekniesd
  4. hebben gekniesd
  5. hebben gekniesd
  6. hebben gekniesd
v.v.t.
  1. had gekniesd
  2. had gekniesd
  3. had gekniesd
  4. hadden gekniesd
  5. hadden gekniesd
  6. hadden gekniesd
o.t.t.t.
  1. zal kniezen
  2. zult kniezen
  3. zal kniezen
  4. zullen kniezen
  5. zullen kniezen
  6. zullen kniezen
o.v.t.t.
  1. zou kniezen
  2. zou kniezen
  3. zou kniezen
  4. zouden kniezen
  5. zouden kniezen
  6. zouden kniezen
diversen
  1. knies!
  2. kniest!
  3. gekniesd
  4. kniezend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor kniezen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pout hanglip; pruillip; pruilmond
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nurse a grievance kniezen; mokken bouderen; een pruillip trekken; pruilen
pout kniezen; mokken bouderen; een pruillip trekken; pruilen
sulk kniezen; mokken bouderen; een pruillip trekken; pruilen