Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. omscholing:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor omscholing (Nederlands) in het Engels

omscholing:

omscholing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de omscholing
    the retraining
  2. de omscholing

Vertaal Matrix voor omscholing:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
retraining omscholing herscholing
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
change of job omscholing

Wiktionary: omscholing

omscholing
noun
  1. een persoon opleiden voor iets anders dan hij vroeger heeft gedaan

Computer vertaling door derden: