Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. onbestendigheid:
  2. onbestendig:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onbestendigheid (Nederlands) in het Engels

onbestendigheid:

onbestendigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de onbestendigheid (wisselvalligheid; veranderlijkheid)
    the inconsistancy; the fickleness; the uncertainty

Vertaal Matrix voor onbestendigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fickleness onbestendigheid; veranderlijkheid; wisselvalligheid
inconsistancy onbestendigheid; veranderlijkheid; wisselvalligheid
uncertainty onbestendigheid; veranderlijkheid; wisselvalligheid onzekerheid

Verwante woorden van "onbestendigheid":


Wiktionary: onbestendigheid

onbestendigheid
noun
  1. regular change or succession from one thing to another

onbestendig:

onbestendig bijvoeglijk naamwoord

  1. onbestendig (wisselvallig; veranderlijk)
    changeable; variable; fickle; unsettled

Vertaal Matrix voor onbestendig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
variable variabele
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
changeable onbestendig; veranderlijk; wisselvallig grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; variabel; variërend; wispelturig; wisselend; wisselvallig
fickle onbestendig; veranderlijk; wisselvallig grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig
unsettled onbestendig; veranderlijk; wisselvallig los; onbeslist; onuitgemaakt; onvast; rank; wankel; wankelbaar; wankelend
variable onbestendig; veranderlijk; wisselvallig afwisselend; variabel; variabele; variërend; wisselend; wisselvallig

Verwante woorden van "onbestendig":


Wiktionary: onbestendig

onbestendig
adjective
  1. aan allerlei veranderingen onderhevig
onbestendig
adjective
  1. likely to vary
  2. marked by diversity or difference

Cross Translation:
FromToVia
onbestendig mobile mobile — Qui se meut ou qui peut être mû, qui n’est pas fixe. (Sens général).