Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. smiespelen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor smiespelen (Nederlands) in het Engels

smiespelen:

smiespelen werkwoord (smiespel, smiespelt, smiespelde, smiespelden, gesmiespeld)

  1. smiespelen (fluisteren; smoezen)
    to whisper; exchange confidences

Conjugations for smiespelen:

o.t.t.
  1. smiespel
  2. smiespelt
  3. smiespelt
  4. smiespelen
  5. smiespelen
  6. smiespelen
o.v.t.
  1. smiespelde
  2. smiespelde
  3. smiespelde
  4. smiespelden
  5. smiespelden
  6. smiespelden
v.t.t.
  1. heb gesmiespeld
  2. hebt gesmiespeld
  3. heeft gesmiespeld
  4. hebben gesmiespeld
  5. hebben gesmiespeld
  6. hebben gesmiespeld
v.v.t.
  1. had gesmiespeld
  2. had gesmiespeld
  3. had gesmiespeld
  4. hadden gesmiespeld
  5. hadden gesmiespeld
  6. hadden gesmiespeld
o.t.t.t.
  1. zal smiespelen
  2. zult smiespelen
  3. zal smiespelen
  4. zullen smiespelen
  5. zullen smiespelen
  6. zullen smiespelen
o.v.t.t.
  1. zou smiespelen
  2. zou smiespelen
  3. zou smiespelen
  4. zouden smiespelen
  5. zouden smiespelen
  6. zouden smiespelen
en verder
  1. ben gesmiespeld
  2. bent gesmiespeld
  3. is gesmiespeld
  4. zijn gesmiespeld
  5. zijn gesmiespeld
  6. zijn gesmiespeld
diversen
  1. smiespel!
  2. smiespelt!
  3. gesmiespeld
  4. smiespelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor smiespelen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
whisper fluistering; gefluister
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
exchange confidences fluisteren; smiespelen; smoezen
whisper fluisteren; smiespelen; smoezen fluisteren; influisteren; ingeven; lispelen; sissen; souffleren; voorzeggen