Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. splijtbaar:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor splijtbaar (Nederlands) in het Engels

splijtbaar:

splijtbaar bijvoeglijk naamwoord

  1. splijtbaar (splitsbaar; kloofbaar)
    dividable; divisible

Vertaal Matrix voor splijtbaar:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dividable kloofbaar; splijtbaar; splitsbaar deelbaar; verdeelbaar
divisible kloofbaar; splijtbaar; splitsbaar deelbaar; verdeelbaar

Verwante woorden van "splijtbaar":

  • splijtbare

Wiktionary: splijtbaar

splijtbaar
adjective
  1. able to be split

Verwante vertalingen van splijtbaar