Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ballen (Nederlands) in het Spaans

ballen:

ballen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de ballen (bollen)
    la bolas; el globos; la esferas
    • bolas [la ~] zelfstandig naamwoord
    • globos [el ~] zelfstandig naamwoord
    • esferas [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. de ballen (testikels; kloten)
    la cojones; la bolas; el testículos

ballen werkwoord (bal, balt, balde, balden, gebald)

  1. ballen (bal spelen)

Conjugations for ballen:

o.t.t.
  1. bal
  2. balt
  3. balt
  4. ballen
  5. ballen
  6. ballen
o.v.t.
  1. balde
  2. balde
  3. balde
  4. balden
  5. balden
  6. balden
v.t.t.
  1. heb gebald
  2. hebt gebald
  3. heeft gebald
  4. hebben gebald
  5. hebben gebald
  6. hebben gebald
v.v.t.
  1. had gebald
  2. had gebald
  3. had gebald
  4. hadden gebald
  5. hadden gebald
  6. hadden gebald
o.t.t.t.
  1. zal ballen
  2. zult ballen
  3. zal ballen
  4. zullen ballen
  5. zullen ballen
  6. zullen ballen
o.v.t.t.
  1. zou ballen
  2. zou ballen
  3. zou ballen
  4. zouden ballen
  5. zouden ballen
  6. zouden ballen
diversen
  1. bal!
  2. balt!
  3. gebald
  4. ballende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor ballen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bolas ballen; bollen; kloten; testikels stormballen
cojones ballen; kloten; testikels driestheid; durf; gewaagdheid; kloekheid; koenheid; lef; moed; onverschrokkenheid; stoutmoedigheid; vermetelheid
esferas ballen; bollen
globos ballen; bollen
testículos ballen; kloten; testikels
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
jugar la pelota bal spelen; ballen

Verwante woorden van "ballen":


Wiktionary: ballen


Cross Translation:
FromToVia
ballen huevos balls — bravery

bal:

bal [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de bal (voetbal)
    – rond voorwerp voor spel en sport 1
    la pelota; el balón; la bola
    • pelota [la ~] zelfstandig naamwoord
    • balón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • bola [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. de bal (bol wol)
    la bola; el bollo
    • bola [la ~] zelfstandig naamwoord
    • bollo [el ~] zelfstandig naamwoord

bal [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het bal (dansfeest)
    la bola
    • bola [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. het bal (galabal; gala)
    el baile de gala; la gala

Vertaal Matrix voor bal:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
baile de gala bal; gala; galabal
balón bal; voetbal ballon; gedachtenwolkje; voetbal; voetbalspel
bola bal; bol wol; dansfeest; voetbal bol; bolletje; harses
bollo bal; bol wol bluts; bobbel; bolling; broodje; buil; bult; deuk; gezwel; harses; instulping; kadetje; kleine punt; knobbel; knoest; kwast; opgezwollen plek; opzetting; pukkel; puntje; tumor; zwelling
gala bal; gala; galabal gala; gelegenheidskleding; groot bal; hofbal; staatsiekleding
pelota bal; voetbal voetbal; voetbalspel

Verwante woorden van "bal":


Synoniemen voor "bal":


Verwante definities voor "bal":

  1. rond voorwerp voor spel en sport1
    • de kinderen speelden met een bal1
  2. wat bol en rond is1
    • wie wil er een bal gehakt?1
  3. lichaamsdeel vlakbij de penis van de man, waarin zaad gemaakt wordt1
    • hij kreeg een schop tegen zijn ballen1

Wiktionary: bal


Cross Translation:
FromToVia
bal pelota; balón; bola ball — object, generally spherical, used for playing games
bal huevos; cojones; pelotas ball — testicle
bal baile ball — formal dance
bal cojón bollock — (vulgar, slang) testicle
bal cojón; huevo nut — slang: testicle
bal baile balréunion, assemblée où l’on danser.
bal pelota balle — Objet sphérique.
bal pelota; balón ballon — grosse balle pour jouer
bal bola boulecorps rond en tous sens, généralement plein. — usage Se dit surtout des objets dont les dimensions leur permettent d’être tenus en main.
bal palma de la mano paume — anatomie|fr Face intérieure de la main, entre le poignet et les doigts.
bal testículo testicule — glande génitale