Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. bekocht:
  2. bekopen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bekocht (Nederlands) in het Spaans

bekocht:

bekocht bijvoeglijk naamwoord

  1. bekocht
    engañado

Vertaal Matrix voor bekocht:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
engañado bedrogene
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
engañado bekocht bedrogen; wijsgemaakt

Verwante woorden van "bekocht":

  • bekochte

bekopen:

bekopen werkwoord (bekoop, bekoopt, bekocht, bekochten, bekocht)

  1. bekopen

Conjugations for bekopen:

o.t.t.
  1. bekoop
  2. bekoopt
  3. bekoopt
  4. bekopen
  5. bekopen
  6. bekopen
o.v.t.
  1. bekocht
  2. bekocht
  3. bekocht
  4. bekochten
  5. bekochten
  6. bekochten
v.t.t.
  1. heb bekocht
  2. hebt bekocht
  3. heeft bekocht
  4. hebben bekocht
  5. hebben bekocht
  6. hebben bekocht
v.v.t.
  1. had bekocht
  2. had bekocht
  3. had bekocht
  4. hadden bekocht
  5. hadden bekocht
  6. hadden bekocht
o.t.t.t.
  1. zal bekopen
  2. zult bekopen
  3. zal bekopen
  4. zullen bekopen
  5. zullen bekopen
  6. zullen bekopen
o.v.t.t.
  1. zou bekopen
  2. zou bekopen
  3. zou bekopen
  4. zouden bekopen
  5. zouden bekopen
  6. zouden bekopen
diversen
  1. bekoop!
  2. bekoopt!
  3. bekocht
  4. bekopend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor bekopen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pagar muy caro bekopen duur bekopen

Wiktionary: bekopen

bekopen
verb
  1. iets ~ met een prijs ergens voor betalen