Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. binnenwerpen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor binnenwerpen (Nederlands) in het Spaans

binnenwerpen:

binnenwerpen werkwoord (werp binnen, werpt binnen, wierp binnen, wierpen binnen, binnengeworpen)

  1. binnenwerpen
    tirar

Conjugations for binnenwerpen:

o.t.t.
  1. werp binnen
  2. werpt binnen
  3. werpt binnen
  4. werpen binnen
  5. werpen binnen
  6. werpen binnen
o.v.t.
  1. wierp binnen
  2. wierp binnen
  3. wierp binnen
  4. wierpen binnen
  5. wierpen binnen
  6. wierpen binnen
v.t.t.
  1. heb binnengeworpen
  2. hebt binnengeworpen
  3. heeft binnengeworpen
  4. hebben binnengeworpen
  5. hebben binnengeworpen
  6. hebben binnengeworpen
v.v.t.
  1. had binnengeworpen
  2. had binnengeworpen
  3. had binnengeworpen
  4. hadden binnengeworpen
  5. hadden binnengeworpen
  6. hadden binnengeworpen
o.t.t.t.
  1. zal binnenwerpen
  2. zult binnenwerpen
  3. zal binnenwerpen
  4. zullen binnenwerpen
  5. zullen binnenwerpen
  6. zullen binnenwerpen
o.v.t.t.
  1. zou binnenwerpen
  2. zou binnenwerpen
  3. zou binnenwerpen
  4. zouden binnenwerpen
  5. zouden binnenwerpen
  6. zouden binnenwerpen
en verder
  1. ben binnengeworpen
  2. bent binnengeworpen
  3. is binnengeworpen
  4. zijn binnengeworpen
  5. zijn binnengeworpen
  6. zijn binnengeworpen
diversen
  1. werp binnen!
  2. werpt binnen!
  3. binnengeworpen
  4. binnenwerpend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor binnenwerpen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tirar afdrukken; drukken; weggooien
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tirar binnenwerpen afdanken; afdrukken; afschieten; afsmijten; afvuren; afwerpen; ecarteren; keilen; naar beneden gooien; neergooien; omduwen; omstoten; omverrukken; omverstoten; op de grond gooien; opspannen; schieten; schoten lossen; smijten; spannen; tevoorschijn trekken; trekker overhalen; vuren; weggooien; wegsmijten