Nederlands

Uitgebreide vertaling voor blindelings (Nederlands) in het Spaans

blindelings:

blindelings bijvoeglijk naamwoord

  1. blindelings (lukraak; in het wilde weg)
    al azar; de repente; ciegamente; sin orden ni concierto; a ciegas; a la buena suerte; súbito; de improviso; a la buena de Dios; al buen tuntún

Vertaal Matrix voor blindelings:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
a ciegas blindelings; in het wilde weg; lukraak voetstoots
a la buena de Dios blindelings; in het wilde weg; lukraak op de bonnefooi; op goed geluk
a la buena suerte blindelings; in het wilde weg; lukraak op de bonnefooi; op goed geluk
al azar blindelings; in het wilde weg; lukraak op de bonnefooi; op goed geluk
al buen tuntún blindelings; in het wilde weg; lukraak
ciegamente blindelings; in het wilde weg; lukraak
de improviso blindelings; in het wilde weg; lukraak abrupt; eensklaps; ineens; klakkelings; ongedacht; onverhoeds; onvermoed; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps
de repente blindelings; in het wilde weg; lukraak abrupt; bruusk; eensklaps; klakkelings; onvermoed; onverwacht; opeens; plots; plotseling; plotsklaps; schielijk; zo ineens
sin orden ni concierto blindelings; in het wilde weg; lukraak door elkaar; dooreen
súbito blindelings; in het wilde weg; lukraak abrupt; bruusk; eensklaps; ineens; ongedacht; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps; schielijk

Verwante woorden van "blindelings":

  • blindelingse

Wiktionary: blindelings

blindelings
adverb
  1. zonder te zien