Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor braafheid (Nederlands) in het Spaans

braafheid:

braafheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de braafheid
    la honestidad; la moderación; la decencia; la honorabilidad

Vertaal Matrix voor braafheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
decencia braafheid beleefdheid; betamelijkheid; degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid; fatsoen; fatsoenlijkheid; fatsoensnormen; gepastheid; keurigheid; kiesheid; netheid; onberispelijkheid; openhartigheid; openheid; oprechtheid; ordelijkheid; rondborstigheid; rondheid; voegzaamheid; welgemanierdheid; welvoeglijkheid
honestidad braafheid clementie; compassie; eerlijkheid; getrouwheid; goedertierenheid; goedheid; goedigheid; goedmoedigheid; integriteit; keurigheid; loyaliteit; mildheid; netheid; onberispelijkheid; onkreukbaarheid; openhartigheid; openheid; opgeruimdheid; oprechtheid; ordelijkheid; properheid; rechtschapenheid; rondborstigheid; rondheid; smetteloosheid; trouw; trouwhartigheid; welwillendheid
honorabilidad braafheid betamelijkheid; fatsoen; fatsoenlijkheid; keurigheid; netheid; onberispelijkheid; openhartigheid; openheid; opgeruimdheid; oprechtheid; ordelijkheid; properheid; rondborstigheid; rondheid; smetteloosheid; welgemanierdheid; welvoeglijkheid
moderación braafheid gematigdheid; ingetogenheid; leniging; matigheid; matiging; mindering; moderatie; stemmigheid; tempering; teruggetrokkenheid

Verwante woorden van "braafheid":


braafheid vorm van braaf:

braaf bijvoeglijk naamwoord

  1. braaf (zoet; lief; voorbeeldig; deugdzaam)
    bueno; obediente; modélico; amable; docil; ejemplar
  2. braaf (rechtschapen; rechtvaardig; eerlijk; rechtgeaard)
    sincero; honrado; fiel; recto; leal; bueno; honesto
    • sincero bijvoeglijk naamwoord
    • honrado bijvoeglijk naamwoord
    • fiel bijvoeglijk naamwoord
    • recto bijvoeglijk naamwoord
    • leal bijvoeglijk naamwoord
    • bueno bijvoeglijk naamwoord
    • honesto bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor braaf:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ejemplar exemplaar; model; monster; proefje; proeve; specimen; staal; staaltje; voorbeeld
fiel godsdienstige; godvruchtige; vrome
honesto eerlijke; rechtschapene
honrado eerlijke; rechtschapene
recto endeldarm
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- gehoorzaam; lief; zoet
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
amable braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet aangenaam; aanlokkelijk; aantrekkelijk; aardig; aimabel; attent; attractief; bedaard; behulpzaam; bekoorlijk; beminnelijk; bereidwillig; bevallig; charmant; comfortabel; coöperatief; dierbaar; favoriete; fijn; gedienstig; geestig; geinig; gelijkmoedig; gemakkelijk; genegenheid opwekkend; genoeglijk; geriefelijk; geschikt; geselecteerd; goedaardig; goedhartig; grappig; hartelijk; hulpvaardig; innemend; inschikkelijk; jofel; kalm; kalmpjes; knap; koddig; komiek; komisch; lachwekkend; lekker; leuk; lief; lievelings; lollig; medewerkend; minnelijk; minzaam; mooi; onbewogen; op een aardige manier; plezierig; prettig; rustig; sereen; sympathiek; tegemoetkomend; toegenegen; toeschietelijk; tof; verkoren; voorkomend; vriendelijk; vriendelijke; welwillend; zachtaardig
bueno braaf; deugdzaam; eerlijk; lief; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig; voorbeeldig; zoet aangenaam; aanlokkelijk; aantrekkelijk; aardig; aimabel; attent; attractief; behulpzaam; bekoorlijk; bevallig; braafjes; charmant; correct; fijn; goddelijk; goed; goedaardig; goedhartig; heerlijk; hemels; hulpvaardig; juist; knap; lekker; momenteel; mooi; nou; nu; op dit moment; paradijselijk; plezierig; precies; prettig; smakelijk; subtiel; tegenwoordig; tja; verlokkend; verrukkelijk; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig; zalig; ziezo
docil braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet dienstbaar; gedienstig; slaafs; volgzaam
ejemplar braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet modelmatig; voorbeeldig
fiel braaf; eerlijk; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig eerlijk; expressief; fideel; getrouw; getrouwe; loyaal; loyale; natuurgetrouw; openhartig; oprecht; realistisch; rondborstig; sprekend; trouw; trouwe; trouwhartig; vol uitdrukking; waarheidsgetrouw
honesto braaf; eerlijk; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig betamelijk; betrouwbaar; braafjes; degelijk; degelijke; deugdelijk; deugdzaam; echt; eerbaar; eerlijk; eerzaam; fair; fatsoenlijk; fideel; gedegen; geschikt; in hart en nieren; integer; keurig; kies; kuis; net; netjes; onbesproken; ongeveinsd; onkreukbaar; open; openhartig; oprecht; ordentelijk; rechtgeaard; rechtschapen; rein; respectabel; rondborstig; schoon; tof; trouwhartig; van goede hoedanigheid; welgevoeglijk; welvoeglijk; zedig
honrado braaf; eerlijk; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig contemplatief; deugdzaam; eerbaar; eerlijk; eerzaam; fair; fatsoenlijk; fideel; getrouw; keurig; kies; loyaal; netjes; open; openhartig; oprecht; ordentelijk; rechtschapen; respectabel; rondborstig; trouw; trouwhartig; zedig
leal braaf; eerlijk; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig eerlijk; fideel; getrouw; getrouwe; loyaal; loyale; openhartig; oprecht; rondborstig; toegewijd; trouw; trouwe; trouwhartig
modélico braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet modelmatig; voorbeeldig
obediente braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet dienstbaar; eerlijk; fideel; gedienstig; gedwee; gehoorzaam; gewillig; inschikkelijk; kneedbaar; meegaand; openhartig; oprecht; rondborstig; slaafs; soepel; tam; toegeeflijk; toegevend; trouwhartig; volgzaam; vormbaar
recto braaf; eerlijk; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig direct; duidelijk; eerlijk; fideel; integer; kaarsrecht; lijnrecht; linea recta; loodrecht; onbesproken; onkreukbaar; openhartig; oprecht; recht; recht door zee; rechtschapen; rechtstreeks; regelrecht; rondborstig; trouwhartig
sincero braaf; eerlijk; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig diep; diepgevoeld; echt; eerlijk; fair; fideel; gemeend; goedbedoeld; innig; intens; intensief; intiem; menens; onbewimpeld; ongeveinsd; onomwonden; onverholen; open; openhartig; oprecht; rechtschapen; rondborstig; ronduit; trouwhartig; van harte; vertrouwelijk; volmondig; vrij; vrijelijk; vrijuit; welgemeend

Verwante woorden van "braaf":


Synoniemen voor "braaf":


Antoniemen van "braaf":


Verwante definities voor "braaf":

  1. wie zich goed gedraagt, wie doet wat ik zeg1
    • onze hond is altijd braaf1

Wiktionary: braaf


Cross Translation:
FromToVia
braaf inofensivo innocuous — inoffensive
braaf bravo; leal; animoso bravecourageux ; vaillant
braaf osado; valiente; bravo; leal; animoso vaillant — Qui a de la vaillance, qui est courageux.