Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. epistel:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor epistel (Nederlands) in het Spaans

epistel:

epistel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de epistel (strafpredikatie)
    el sermon; la predicación penal
  2. de epistel (brief; schrijven)
    la epístola
  3. de epistel (zendbrief der Apostelen)
    la carta de los apóstoles; el escrito; la epístola

Vertaal Matrix voor epistel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
carta de los apóstoles epistel; zendbrief der Apostelen
epístola brief; epistel; schrijven; zendbrief der Apostelen
escrito epistel; zendbrief der Apostelen document; geschreven stuk; geschrevene; geschrift; handschrift; manuscript; schriftuur; script; tekst
predicación penal epistel; strafpredikatie
sermon epistel; strafpredikatie
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
escrito contractueel; op schrift; per brief; uitgeschreven; voluitgeschreven

Verwante woorden van "epistel":

  • epistels, episteltje, episteltjes

Wiktionary: epistel

epistel
noun
  1. brief
  2. een deel van de mis dat vooraf gaat aan het evangelie

Cross Translation:
FromToVia
epistel carta; epístola lettre — Message écrit