Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. gespletenheid:
  2. gespleten:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gespletenheid (Nederlands) in het Spaans

gespletenheid:

gespletenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de gespletenheid (schizofrenie)
    la esquizofrenia
  2. de gespletenheid (tweespalt; verdeeldheid; tweedracht)
    la discordia

Vertaal Matrix voor gespletenheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
discordia gespletenheid; tweedracht; tweespalt; verdeeldheid conflict; disharmonie; misnoegen; onbehagen; onenigheid; ongenoegen; onmin; ontevredenheid; onvrede; scheuring; schisma; tweedracht; tweespalt; tweestrijd; twist; verdeeldheid; vete
esquizofrenia gespletenheid; schizofrenie
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
discordia disharmonie; tweedracht

Verwante woorden van "gespletenheid":


gespletenheid vorm van gespleten:

gespleten bijvoeglijk naamwoord

  1. gespleten (gevorkt)
    hendido en dos; bifurcado

Vertaal Matrix voor gespleten:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bifurcado gespleten; gevorkt gaffelvormig; gevorkt
hendido en dos gespleten; gevorkt

Verwante woorden van "gespleten":