Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor grimmigheid (Nederlands) in het Spaans

grimmigheid:

grimmigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de grimmigheid
    la rabia; la ira; la furia; el furor
    • rabia [la ~] zelfstandig naamwoord
    • ira [la ~] zelfstandig naamwoord
    • furia [la ~] zelfstandig naamwoord
    • furor [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor grimmigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
furia grimmigheid boosheid; dolheid; furie; giftigheid; gramschap; kwaadheid; razernij; toorn; verbolgenheid; woede
furor grimmigheid boosheid; furore; gramschap; verbolgenheid
ira grimmigheid giftigheid; gramschap; kwaadheid; razernij; toorn; woede
rabia grimmigheid boosheid; dolheid; driftigheid; dwaasheid; furie; gekheid; gekkigheid; gekte; giftigheid; gramschap; heftigheid; hondsdolheid; idioterie; kwaadheid; rabiës; razernij; toorn; verbolgenheid; waanzinnigheid; woede; zotheid

Verwante woorden van "grimmigheid":


grimmigheid vorm van grimmig:

grimmig bijvoeglijk naamwoord

  1. grimmig (verbeten)
    mordaz; fuerte; apasionado; feroz; intenso; furioso; estridente; empedernido; enconado; encarnizado; torvo; sañudo

Vertaal Matrix voor grimmig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fuerte citadel; deurslot; kasteel; ridderkasteel; ridderslot; slot; sterke kant; sterke zijde
furioso razende
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
apasionado grimmig; verbeten bezetene; bitter teleurgesteld; fanatieke; fel; felle; fervent; gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; heetgebakerd; heftig; hevig; met hevige passie; naarstig; onbeheerst; onderdrukt; onstuimig; opgekropt; stormachtig; temperamentvol; verbeten; verbitterd; verkropt; verwoed; vurig; warmbloedig
empedernido grimmig; verbeten bitter teleurgesteld; felle; onderdrukt; onverbeterlijk; opgekropt; verbeten; verbitterd; verkropt
encarnizado grimmig; verbeten bitter teleurgesteld; doordringend; felle; heftig; indringend; onbeheerst; onderdrukt; onstuimig; opgekropt; schel klinkend; scherp; verbeten; verbitterd; verkropt; vlijmend; vlijmscherp
enconado grimmig; verbeten bitter teleurgesteld; felle; haatdragend; naarstig; onderdrukt; onverzoenlijk; opgekropt; rancuneus; verbeten; verbitterd; verkropt; verwoed; wraakzuchtig
estridente grimmig; verbeten bitter teleurgesteld; doordringend; felle; heftig; indringend; krijserig; onbeheerst; onderdrukt; onstuimig; opgekropt; opzichtig; protserig; schel klinkend; scherp; scherpklinkend; schreeuwerig; verbeten; verbitterd; verkropt
feroz grimmig; verbeten barbaars; beestachtig; bitter teleurgesteld; boos; bruut; felle; furieus; gebeten; inhumaan; kwaad; monsterlijk; moorddadig; moordzuchtig; nijdig; onberaden; onbesuisd; onderdrukt; ondoordacht; onmenselijk; onnadenkend; opgekropt; razend; spinnijdig; toornig; verbeten; verbitterd; verkropt; vertoornd; woest; wreed; ziedend
fuerte grimmig; verbeten bitter teleurgesteld; blijvend; breed; dapper; degelijke; doordringend; duurzaam; duurzame; felle; ferm; fiks; flink; fors; fysiek sterk; hard; hardop; heldhaftig; heroïsch; hoog; indringend; intens; intensief; keihard; kloek; krachtig; luid; massief; met een krachtige uitwerking; met hoge snelheid; moedig; moreel sterk; onderdrukt; onverschrokken; opgekropt; pittig; potig; robuust; schel; schel klinkend; scherp; schril; snerpend; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; stout; stoutmoedig; straf; struis; uit de kluiten gewassen; verbeten; verbitterd; verkropt; zwaar; zwaargebouwd
furioso grimmig; verbeten achterlijk; bitter; bitter teleurgesteld; boos; dol; driftig; erg boos; furieus; gebeten; gek; geschift; gestoord; giftig; hels; idioot; idioterig; kokend; krankjorum; krankzinnig; kwaad; laaiend; maf; mesjogge; niet goed snik; nijdig; razend; spinnijdig; stupide; tierend; toornig; verbitterd; vergramd; vertoornd; woedend; woest; zeer boos; ziedend; zot
intenso grimmig; verbeten beslist; besluitvaardig; bezet; bitter teleurgesteld; diep; diepgevoeld; doordringend; druk; drukbezet; felle; gedecideerd; heftig; hevig; indringend; innig; intens; intensief; kordaat; nijpend; onbeheerst; onderdrukt; onstuimig; opgekropt; resoluut; schel klinkend; scherp; smartelijk; vastberaden; verbeten; verbitterd; verkropt
mordaz grimmig; verbeten bijtend; bijtende; bitter teleurgesteld; doordringend; fel; felle; gemeen; hanig; met sarcasme; onderdrukt; opgekropt; pinnig; sarcastisch; scherp; snibbig; verbeten; verbitterd; verkropt; vinnig; vlijmend; vlijmscherp
sañudo grimmig; verbeten bitter teleurgesteld; felle; onderdrukt; opgekropt; verbeten; verbitterd; verkropt
torvo grimmig; verbeten akelig; bitter teleurgesteld; eng; felle; griezelig; onderdrukt; opgekropt; sinister; verbeten; verbitterd; verkropt

Verwante woorden van "grimmig":

  • grimmigheid, grimmiger, grimmigere, grimmigst, grimmigste, grimmige