Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. herladen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor herladen (Nederlands) in het Spaans

herladen:

herladen werkwoord (herlaad, herlaadt, herlaadde, herlaadden, herladen)

  1. herladen
    recargar

Conjugations for herladen:

o.t.t.
  1. herlaad
  2. herlaadt
  3. herlaadt
  4. herladen
  5. herladen
  6. herladen
o.v.t.
  1. herlaadde
  2. herlaadde
  3. herlaadde
  4. herlaadden
  5. herlaadden
  6. herlaadden
v.t.t.
  1. heb herladen
  2. hebt herladen
  3. heeft herladen
  4. hebben herladen
  5. hebben herladen
  6. hebben herladen
v.v.t.
  1. had herladen
  2. had herladen
  3. had herladen
  4. hadden herladen
  5. hadden herladen
  6. hadden herladen
o.t.t.t.
  1. zal herladen
  2. zult herladen
  3. zal herladen
  4. zullen herladen
  5. zullen herladen
  6. zullen herladen
o.v.t.t.
  1. zou herladen
  2. zou herladen
  3. zou herladen
  4. zouden herladen
  5. zouden herladen
  6. zouden herladen
en verder
  1. is herladen
  2. zijn herladen
diversen
  1. herlaad!
  2. herlaadt!
  3. herladen
  4. herladend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor herladen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
recargar herladen beladen; bevrachten; inladen; laden; opladen elektriciteit; opnieuw laden