Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. horten:
  2. hort:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor horten (Nederlands) in het Spaans

horten:

horten [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het horten (schokken)
    el golpes; la sacudidas; el trompicones

Vertaal Matrix voor horten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
golpes horten; schokken bonzen; dreunen; klappen; knallen; opdoffers; opdonders; opduvels; oplawaaien; smakken; tegenslagen
sacudidas horten; schokken
trompicones horten; schokken

Verwante woorden van "horten":


hort:

hort [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de hort (schokkende beweging; schok; stoot)
    el choque; el golpe
    • choque [el ~] zelfstandig naamwoord
    • golpe [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hort:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
choque hort; schok; schokkende beweging; stoot aanrijding; aanvaring; bons; botsing; collisie; doorstoot; dreun; geschok; geschud; gestoot; klap; knal; kwak; opeen knallen; pof; shock; smak
golpe hort; schok; schokkende beweging; stoot bonk; bonkend geluid; bons; dreun; gevaarte; harde slag; hengst; hoek; hoekstoot; jens; joekel; kanjer; klap; klapje; klets; kletspraat; klont; klonter; klop; knaap; knak; knal; knik; knoert; kokker; kokkerd; kwak; lel; loei; mep; muilpeer; opdoffer; opdonder; opduvel; oplawaai; peut; pof; quatsch; schar; slag; smak; stoot; strijd; tik; toegebrachte klap; veldslag
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
choque botsing

Verwante woorden van "hort":


Wiktionary: hort


Cross Translation:
FromToVia
hort choque; golpe; colisión choccollision brusque, impact d’un corps avec un autre corps.