Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. klonteren:
  2. klonter:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor klonteren (Nederlands) in het Spaans

klonteren:

klonteren werkwoord (klonter, klontert, klonterde, klonterden, geklonterd)

  1. klonteren
    cuajarse; coagularse

Conjugations for klonteren:

o.t.t.
  1. klonter
  2. klontert
  3. klontert
  4. klonteren
  5. klonteren
  6. klonteren
o.v.t.
  1. klonterde
  2. klonterde
  3. klonterde
  4. klonterden
  5. klonterden
  6. klonterden
v.t.t.
  1. heb geklonterd
  2. hebt geklonterd
  3. heeft geklonterd
  4. hebben geklonterd
  5. hebben geklonterd
  6. hebben geklonterd
v.v.t.
  1. had geklonterd
  2. had geklonterd
  3. had geklonterd
  4. hadden geklonterd
  5. hadden geklonterd
  6. hadden geklonterd
o.t.t.t.
  1. zal klonteren
  2. zult klonteren
  3. zal klonteren
  4. zullen klonteren
  5. zullen klonteren
  6. zullen klonteren
o.v.t.t.
  1. zou klonteren
  2. zou klonteren
  3. zou klonteren
  4. zouden klonteren
  5. zouden klonteren
  6. zouden klonteren
en verder
  1. is geklonterd
diversen
  1. klonter!
  2. klontert!
  3. geklonterd
  4. klonterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor klonteren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coagularse klonteren kazen; koeken
cuajarse klonteren kazen; opstijven; stijf worden; stremmen

Verwante woorden van "klonteren":


Wiktionary: klonteren

klonteren
verb
  1. klonten vormen

Cross Translation:
FromToVia
klonteren coagularse clot — to form into a clot

klonter:

klonter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de klonter (klont)
    el mastuerzo; el chanclo; el grumo; el pedazo; el pedazón; el golpe; el zueco; el terrón; el terrones; el borrones; la galocha; la mancha; el toque; el borrón; la limanda; el trozón
    • mastuerzo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • chanclo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • grumo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pedazo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pedazón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • golpe [el ~] zelfstandig naamwoord
    • zueco [el ~] zelfstandig naamwoord
    • terrón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • terrones [el ~] zelfstandig naamwoord
    • borrones [el ~] zelfstandig naamwoord
    • galocha [la ~] zelfstandig naamwoord
    • mancha [la ~] zelfstandig naamwoord
    • toque [el ~] zelfstandig naamwoord
    • borrón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • limanda [la ~] zelfstandig naamwoord
    • trozón [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor klonter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borrones klont; klonter kledders; kwakken
borrón klont; klonter inktmop; inktvlek; kladschrift; kledder; klodder; kwak; lik; schar
chanclo klont; klonter houten schoen; klomp; overschoen; schar
galocha klont; klonter schar
golpe klont; klonter bonk; bonkend geluid; bons; dreun; gevaarte; harde slag; hengst; hoek; hoekstoot; hort; jens; joekel; kanjer; klap; klapje; klets; kletspraat; klop; knaap; knak; knal; knik; knoert; kokker; kokkerd; kwak; lel; loei; mep; muilpeer; opdoffer; opdonder; opduvel; oplawaai; peut; pof; quatsch; schar; schok; schokkende beweging; slag; smak; stoot; strijd; tik; toegebrachte klap; veldslag
grumo klont; klonter brok; klont; krop; schar; slakrop; suikerklontje
limanda klont; klonter schar
mancha klont; klonter blaam; buurtschap; gat; gehucht; harde slag; klap; kledder; klodder; kwak; lik; moesje; nop; schar; smet; spat; spatje; spatter; stip; stipje; stippel; vlek; vlekje; zwabber
mastuerzo klont; klonter hork; kinkel; lomperd; proleet; schar; vlegel
pedazo klont; klonter aandeel; buil; bult; deel; diggel; groot en dik stuk; homp; kneuswond; kneuzing; letsel; mondvol; part; schar; scherf; splinter
pedazón klont; klonter brutale kerel; hork; kinkel; lomperd; proleet; schar; vlegel
terrones klont; klonter
terrón klont; klonter berg; brok; hoop; klompje; klont; klontertje; klontje; kluit; schar; suikerklontje
toque klont; klonter aanraking; contact; harde slag; klap; penseelstreek; schar
trozón klont; klonter hork; kinkel; lomperd; proleet; schar; vlegel
zueco klont; klonter houten schoen; klomp; schar
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mastuerzo aanmatigend; dorps; gebrekkig; knullig; krukkig; lomp; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; onhandig; respectloos; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; uilachtig

Verwante woorden van "klonter":


Wiktionary: klonter


Cross Translation:
FromToVia
klonter coágulo clot — blood clot
klonter grumo grumeau — Petite portion durcir ou cailler de sang, de lait ou de tout autre matière liquide.