Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. kwetsbaarheid:
  2. kwetsbaar:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kwetsbaarheid (Nederlands) in het Spaans

kwetsbaarheid:

kwetsbaarheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de kwetsbaarheid (gevoeligheid)
    la sensibilidad; la vulnerabilidad; la debilidad; la susceptibilidad

Vertaal Matrix voor kwetsbaarheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
debilidad gevoeligheid; kwetsbaarheid broosheid; gebrek; geen kracht hebben; impotentie; krachteloosheid; laksheid; machteloosheid; manco; onmacht; onvermogen; slapheid; slapte; sulligheid; teerheid; weekheid; zachtheid; zwakheid; zwakte
sensibilidad gevoeligheid; kwetsbaarheid aanvoelen; feeling; fijngevoeligheid; gevoel; gevoeligheid; ontvankelijkheid; openheid; sensitiviteit; teergevoeligheid; vatbaarheid; weekheid; zachtheid; zintuiglijke gevoeligheid; zwakte
susceptibilidad gevoeligheid; kwetsbaarheid geprikkeldheid; geraaktheid; kleinzerigheid; lichtgeraaktheid; prikkelbaarheid
vulnerabilidad gevoeligheid; kwetsbaarheid beveiligingsprobleem; gevoeligheid; vatbaarheid; zwakte

Verwante woorden van "kwetsbaarheid":


Wiktionary: kwetsbaarheid


Cross Translation:
FromToVia
kwetsbaarheid vulnerabilidad vulnerability — the state of being vulnerable

kwetsbaarheid vorm van kwetsbaar:

kwetsbaar bijvoeglijk naamwoord

  1. kwetsbaar (zwak; breekbaar; fragiel; broos; teer)
    frágil; fácilmente desmenuzable; débil; flojo; sensible; vulnerable; ruinoso; quebradizo; crujiente
  2. kwetsbaar (teer; delicaat; teder; )
    delicado; frágil
  3. kwetsbaar (teer)
    frágil; delicado; débil; vulnerable; sensible

Vertaal Matrix voor kwetsbaar:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
crujiente breekbaar; broos; fragiel; kwetsbaar; teer; zwak knappend
delicado breekbaar; broos; delicaat; fijn; fijngevoelig; fragiel; frèle; iel; kwetsbaar; teder; teer; tenger; zwak angstig voor pijn; benard; benauwd; delicaat; dun; elegant; ernstig; fijn; fijn van smaak; fijnbesnaard; fijngebouwd; fijngevoelig; fijntjes; fijnzinnig; gammel; gracieus; hachelijk; kleinzerig; krakkemikkig; kritiek; lastig; lastige; lichtgebouwd; netelig; onprettig; penibel; precair; rank; sierlijk; slank; slap; subtiel; teerbesnaard; teergevoelig; tenger; verfijnd; wankel; zorgelijk; zorgwekkend; zwak
débil breekbaar; broos; fragiel; kwetsbaar; teer; zwak arm; armetierig; berooid; bleek; flauw; flauwtjes; flets; gammel; gebrekkig; hulpvragend; hulpzoekend; knullig; krakkemikkig; krukkig; machteloos; onbeholpen; onhandig; onmachtig; pover; schutterig; slap; slapjes; slungelig; steunzoekend; stumperig; stuntelig; sukkelig; verschoten; wankel; wrak; zwak; zwakjes
flojo breekbaar; broos; fragiel; kwetsbaar; teer; zwak beroerd; bleek; bleekjes; deplorabel; dun; ellendig; energieloos; flauw; flauwtjes; flets; futloos; gammel; geen vet op de botten hebbende; iel; krakkemikkig; krukkig; lamlendig; landerig; lijzig; log; loom; lusteloos; mager; mals; mat; meelijwekkend; miserabel; niet stevig; onbeholpen; onhandig; pips; schraal; schriel; schutterig; slap; slapjes; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; verschoten; wankel; wee; week; ziekelijk; zwak
frágil breekbaar; broos; delicaat; fijn; fijngevoelig; fragiel; frèle; iel; kwetsbaar; teder; teer; tenger; zwak bleekjes; bros; dun; fijn; fijngebouwd; gammel; geen vet op de botten hebbende; iel; krakkemikkig; lichtgebouwd; mager; pips; rank; schraal; schriel; slank; slap; slapjes; tenger; wankel; wee; wrak; ziekelijk; zwak
fácilmente desmenuzable breekbaar; broos; fragiel; kwetsbaar; teer; zwak knappend
quebradizo breekbaar; broos; fragiel; kwetsbaar; teer; zwak bros; gammel; knappend; krakkemikkig; wankel; zwak
ruinoso breekbaar; broos; fragiel; kwetsbaar; teer; zwak bouwvallig; gammel; goddeloos; heilloos; krakkemikkig; krakkemikkige; ruïneus; verderfelijk; verdorven; verpestend; wankel; wrak; zwak
sensible breekbaar; broos; fragiel; kwetsbaar; teer; zwak aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; fijngevoelig; fijnzinnig; gammel; gevoelig; hypergevoelig; krakkemikkig; overgevoelig; sensitief; substantieel; teerbesnaard; teergevoelig; teerhartig; vatbaar; wankel; weekhartig; zwak
vulnerable breekbaar; broos; fragiel; kwetsbaar; teer; zwak

Verwante woorden van "kwetsbaar":


Wiktionary: kwetsbaar

kwetsbaar
adjective
  1. weinig beschermd tegen beschadiging

Cross Translation:
FromToVia
kwetsbaar vulnerable vulnerable — exposed to attack
kwetsbaar vulnerable vulnérable — Qui peut être blessé.