Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. onbewoonbaar:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onbewoonbaar (Nederlands) in het Spaans

onbewoonbaar:

onbewoonbaar bijvoeglijk naamwoord

  1. onbewoonbaar
    inhóspito; inhabitable; inhospitalario

Vertaal Matrix voor onbewoonbaar:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inhabitable onbewoonbaar
inhospitalario onbewoonbaar
inhóspito onbewoonbaar bitter teleurgesteld; kaal; ongastvrij; onherbergzaam; ruig; steriel; verbitterd

Verwante woorden van "onbewoonbaar":

  • onbewoonbare