Nederlands
Uitgebreide vertaling voor onbrandbaar (Nederlands) in het Spaans
onbrandbaar:
-
onbrandbaar
incombustible-
incombustible bijvoeglijk naamwoord
-
-
onbrandbaar (tegen vuur bestand; brandveilig; brandvast; vuurvast; brandvrij)
incombustible; ininflamable; a prueba de incendios; a prueba de incendio-
incombustible bijvoeglijk naamwoord
-
ininflamable bijvoeglijk naamwoord
-
a prueba de incendios bijvoeglijk naamwoord
-
a prueba de incendio bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor onbrandbaar:
| Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| a prueba de incendio | brandvast; brandveilig; brandvrij; onbrandbaar; tegen vuur bestand; vuurvast | brandbeveiligd; vuurwerend |
| a prueba de incendios | brandvast; brandveilig; brandvrij; onbrandbaar; tegen vuur bestand; vuurvast | |
| incombustible | brandvast; brandveilig; brandvrij; onbrandbaar; tegen vuur bestand; vuurvast | brandvrij; brandwerend |
| ininflamable | brandvast; brandveilig; brandvrij; onbrandbaar; tegen vuur bestand; vuurvast | onontvlambaar |