Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. server:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor server (Nederlands) in het Spaans

server:

server [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de server (netwerkserver)
    el servidor; servidor de red
  2. de server
    el servidor

Vertaal Matrix voor server:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
servidor netwerkserver; server assistent; dienaar; dienstknecht; helper; hulp; knecht; knechtje; secondant
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
servidor de red netwerkserver; server
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
servidor de red netwerkserver

Wiktionary: server

server
noun
  1. een computer die diensten verleent aan andere programma's

Cross Translation:
FromToVia
server servidor; server Server — Ein Computer in einem Netzwerk, der für andere Computer Dienste bereitstellt.
server servidor serveur — Logiciel ou ordinateur