Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. sprei:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor sprei (Nederlands) in het Spaans

sprei:

sprei [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de sprei (beddensprei)
    la cubierta; la colcha; la cubrecama

Vertaal Matrix voor sprei:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
colcha beddensprei; sprei
cubierta beddensprei; sprei afdekkap; bedekking; boekomslag; boord; dak; dakbedekking; dek; dekking; gewelf; hoed; kaft; kap; kelder; koepel; omslag; overdekking; overkapping; overtrek; plafond; scheepsdek; stofomslag
cubrecama beddensprei; sprei beddedeken; dek; deken

Verwante woorden van "sprei":

  • spreien, spreitje, spreitjes

Wiktionary: sprei

sprei
noun
  1. een soms kunstig versierd kleed waarmee een opgemaakt bed afgedekt wordt

Cross Translation:
FromToVia
sprei colcha; cobertor; sábana cover — top sheet