Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. toesluipen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor toesluipen (Nederlands) in het Spaans

toesluipen:

toesluipen werkwoord (sluip toe, sluipt toe, sloop toe, slopen toe, toegeslopen)

  1. toesluipen (aansluipen; sluipend naderen)

Conjugations for toesluipen:

o.t.t.
  1. sluip toe
  2. sluipt toe
  3. sluipt toe
  4. sluipen toe
  5. sluipen toe
  6. sluipen toe
o.v.t.
  1. sloop toe
  2. sloop toe
  3. sloop toe
  4. slopen toe
  5. slopen toe
  6. slopen toe
v.t.t.
  1. heb toegeslopen
  2. hebt toegeslopen
  3. heeft toegeslopen
  4. hebben toegeslopen
  5. hebben toegeslopen
  6. hebben toegeslopen
v.v.t.
  1. had toegeslopen
  2. had toegeslopen
  3. had toegeslopen
  4. hadden toegeslopen
  5. hadden toegeslopen
  6. hadden toegeslopen
o.t.t.t.
  1. zal toesluipen
  2. zult toesluipen
  3. zal toesluipen
  4. zullen toesluipen
  5. zullen toesluipen
  6. zullen toesluipen
o.v.t.t.
  1. zou toesluipen
  2. zou toesluipen
  3. zou toesluipen
  4. zouden toesluipen
  5. zouden toesluipen
  6. zouden toesluipen
en verder
  1. ben toegeslopen
  2. bent toegeslopen
  3. is toegeslopen
  4. zijn toegeslopen
  5. zijn toegeslopen
  6. zijn toegeslopen
diversen
  1. sluip toe!
  2. sluipt toe!
  3. toegeslopen
  4. toesluipend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor toesluipen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acercarse furtivamente aansluipen; sluipend naderen; toesluipen