Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. vernauwen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vernauwen (Nederlands) in het Spaans

vernauwen:

vernauwen werkwoord (vernauw, vernauwt, vernauwde, vernauwden, vernauwd)

  1. vernauwen (versmallen)
    estrechar

Conjugations for vernauwen:

o.t.t.
  1. vernauw
  2. vernauwt
  3. vernauwt
  4. vernauwen
  5. vernauwen
  6. vernauwen
o.v.t.
  1. vernauwde
  2. vernauwde
  3. vernauwde
  4. vernauwden
  5. vernauwden
  6. vernauwden
v.t.t.
  1. heb vernauwd
  2. hebt vernauwd
  3. heeft vernauwd
  4. hebben vernauwd
  5. hebben vernauwd
  6. hebben vernauwd
v.v.t.
  1. had vernauwd
  2. had vernauwd
  3. had vernauwd
  4. hadden vernauwd
  5. hadden vernauwd
  6. hadden vernauwd
o.t.t.t.
  1. zal vernauwen
  2. zult vernauwen
  3. zal vernauwen
  4. zullen vernauwen
  5. zullen vernauwen
  6. zullen vernauwen
o.v.t.t.
  1. zou vernauwen
  2. zou vernauwen
  3. zou vernauwen
  4. zouden vernauwen
  5. zouden vernauwen
  6. zouden vernauwen
diversen
  1. vernauw!
  2. vernauwt!
  3. vernauwd
  4. vernauwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor vernauwen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
estrechar vernauwen; versmallen insnoeren; klampen; klemmen; knellen; omklemmen