Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. voorjaar:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor voorjaar (Nederlands) in het Spaans

voorjaar:

voorjaar [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het voorjaar (lentetijd; lente; voorjaarstijd)
    la primavera; el tiempo primaveral

Vertaal Matrix voor voorjaar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
primavera lente; lentetijd; voorjaar; voorjaarstijd
tiempo primaveral lente; lentetijd; voorjaar; voorjaarstijd voorjaarsweer
- lente

Verwante woorden van "voorjaar":

  • voorjaren

Synoniemen voor "voorjaar":


Verwante definities voor "voorjaar":

  1. seizoen waarin planten weer gaan groeien1
    • in het voorjaar worden de bomen groen1

Wiktionary: voorjaar

voorjaar
noun
  1. de lente

Cross Translation:
FromToVia
voorjaar primavera Frühling — eine der vier Jahreszeiten der gemäßigten Zonen
voorjaar primavera spring — first season