Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. zoethouden:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zoethouden (Nederlands) in het Spaans

zoethouden:

zoethouden werkwoord (houd zoet, houdt zoet, hield zoet, hielden zoet, zoet gehouden)

  1. zoethouden

Conjugations for zoethouden:

o.t.t.
  1. houd zoet
  2. houdt zoet
  3. houdt zoet
  4. houden zoet
  5. houden zoet
  6. houden zoet
o.v.t.
  1. hield zoet
  2. hield zoet
  3. hield zoet
  4. hielden zoet
  5. hielden zoet
  6. hielden zoet
v.t.t.
  1. heb zoet gehouden
  2. hebt zoet gehouden
  3. heeft zoet gehouden
  4. hebben zoet gehouden
  5. hebben zoet gehouden
  6. hebben zoet gehouden
v.v.t.
  1. had zoet gehouden
  2. had zoet gehouden
  3. had zoet gehouden
  4. hadden zoet gehouden
  5. hadden zoet gehouden
  6. hadden zoet gehouden
o.t.t.t.
  1. zal zoethouden
  2. zult zoethouden
  3. zal zoethouden
  4. zullen zoethouden
  5. zullen zoethouden
  6. zullen zoethouden
o.v.t.t.
  1. zou zoethouden
  2. zou zoethouden
  3. zou zoethouden
  4. zouden zoethouden
  5. zouden zoethouden
  6. zouden zoethouden
diversen
  1. houd zoet!
  2. houdt zoet!
  3. zoet gehouden
  4. zoethoudend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor zoethouden:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tapar la boca zoethouden