Nederlands

Uitgebreide vertaling voor abrupt (Nederlands) in het Frans

abrupt:

abrupt bijvoeglijk naamwoord

  1. abrupt (plotseling; opeens; plots; )
    abrupt; brusquement; brusque
  2. abrupt (plotseling; opeens; ineens; )
    tout à coup; abrupt; brusquement; soudain; soudainement; brusque; imprévu; du coup; inopiné; promptement; inattendu; prompt; subitement; balourd; subito; gauche; précipitamment; subit; sèche; choquant; d'un coup; tout d'un coup; d'un ton brusque

Vertaal Matrix voor abrupt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
balourd lomperik
gauche linkerkant; linkerzijde
sèche peuk; sigaret; stinkstok
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
soudainement abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; zo ineens
subitement abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; zo ineens
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abrupt abrupt; bruusk; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps; schielijk bruusk; kortaf; nors; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; onzacht
balourd abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien
brusque abrupt; bruusk; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps; schielijk bruusk; chagrijnig; knorrig; kortaf; korzelig; nors; nurks; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; onzacht
brusquement abrupt; bruusk; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps; schielijk bot; bruusk; kortaf; nors; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; onzacht; zonder omhaal
choquant abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps aanstootgevend; aanstotelijk; misselijk; naar; ongepast; onkies; onpasselijk; onverhoeds; onverkwikkelijk; onvertogen; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; onwel; stotend; stuitend; verkeerd
d'un coup abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien
d'un ton brusque abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps bot; bruusk; kortaf; nors; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; onzacht; zonder omhaal
du coup abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien
gauche abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps harkerig; houterig; krukkig; linker; links; lomp; onbeholpen; onelegant; onhandig; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; plomp; schutterig; slungelig; stijf; stijve; stoethaspelig; stram; stroef; stumperig; stuntelig; sukkelend; sukkelig
imprévu abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps klakkelings; ongedacht; onverhoeds; onverhoopt; onvermoed; onverwacht; onverwachts; onvoorzien
inattendu abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps klakkelings; ongedacht; onverhoeds; onvermoed; onverwacht; onverwachts; onvoorzien
inopiné abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien
prompt abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps aanstonds; adrem; bij de pinken; bijdehand; clever; dadelijk; direct; flitsend; gauw; gevat; goochem; haastig; ijlings; kien; ogenblikkelijk; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onverwijld; onvoorzien; raak; rap; schrander; slim; snedig; snel; terstond; uitgeslapen; vlot; vlug; zo meteen
promptement abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps adrem; bijdehand; direct; gauw; gevat; gezwind; haastig; ijlings; ogenblikkelijk; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onverwijld; onvoorzien; raak; rap; snedig; snel; subiet; vlot; vlug
précipitamment abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps gauw; gehaast; gejaagd; gestressed; haastig; halsoverkop; ijlings; inderhaast; jachtig; onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; overhaast; overijld; rap; snel; vlot; vlug; voorbarig
soudain abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps klakkelings; onverhoeds; onvermoed; onverwacht; onverwachts; onvoorzien
subit abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien
subito abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien
sèche abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien
tout d'un coup abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien
tout à coup abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; zo ineens

Verwante woorden van "abrupt":

  • abrupter, abruptere, abrupte

Wiktionary: abrupt

abrupt
Cross Translation:
FromToVia
abrupt precipité; brusque abrupt — without notice
abrupt → tout d'un coup; abruptement abruptly — in an abrupt manner

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van abrupt



Frans

Uitgebreide vertaling voor abrupt (Frans) in het Nederlands

abrupt:

abrupt bijvoeglijk naamwoord

  1. abrupt (brusque; brusquement)
    plotseling; abrupt; opeens; plots; bruusk; schielijk; eensklaps; plotsklaps
  2. abrupt (tout à coup; brusquement; soudain; )
    plotseling; opeens; ineens; onverwacht; abrupt; plotsklaps; plots; onverhoeds; onverwachts; eensklaps
  3. abrupt (brusque; brusquement; d'un ton brusque)
    bruusk; kortaf; nors; onzacht
    • bruusk bijvoeglijk naamwoord
    • kortaf bijvoeglijk naamwoord
    • nors bijvoeglijk naamwoord
    • onzacht bijvoeglijk naamwoord
  4. abrupt (imprévu; inattendu; soudain; )
    onverwacht; onverwachts; onvoorzien; onverhoeds

Vertaal Matrix voor abrupt:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abrupt abrupt; balourd; brusque; brusquement; choquant; d'un coup; d'un ton brusque; du coup; gauche; imprévu; inattendu; inopiné; prompt; promptement; précipitamment; soudain; soudainement; subit; subitement; subito; sèche; tout d'un coup; tout à coup
bruusk abrupt; brusque; brusquement; d'un ton brusque
kortaf abrupt; brusque; brusquement; d'un ton brusque bref; brusquement; court; d'un air maussade; d'un ton brusque; d'un ton sec; de mauvaise humeur; irascible; irrité; rudement; sans détours; simplement; sobrement; sèchement; tout net
nors abrupt; brusque; brusquement; d'un ton brusque brusque; d'un ton bourru; d'un ton râleur; d'un ton traînard; de mauvaise humeur; droit; fixe; grincheuse; grincheux; grognon; grognonne; grondeur; impassible; irascible; irrité; juste; maussade; raide; rigide; rude; serré; tendu
onverhoeds abrupt; balourd; brusque; brusquement; choquant; cru; d'un coup; d'un ton brusque; du coup; gauche; imprévu; inattendu; inopiné; prompt; promptement; précipitamment; rapide; rapidement; rudement; sec; soudain; soudainement; subit; subitement; subito; sèche; tout d'un coup; tout à coup; vite; à l'improviste
onverwacht abrupt; balourd; brusque; brusquement; choquant; cru; d'un coup; d'un ton brusque; du coup; gauche; imprévu; inattendu; inopiné; prompt; promptement; précipitamment; rapide; rapidement; rudement; sec; soudain; soudainement; subit; subitement; subito; sèche; tout d'un coup; tout à coup; vite; à l'improviste imprévu; inattendu; insoupçonné; soudain; à l'improviste
onverwachts abrupt; balourd; brusque; brusquement; choquant; cru; d'un coup; d'un ton brusque; du coup; gauche; imprévu; inattendu; inopiné; prompt; promptement; précipitamment; rapide; rapidement; rudement; sec; soudain; soudainement; subit; subitement; subito; sèche; tout d'un coup; tout à coup; vite; à l'improviste
onvoorzien abrupt; balourd; brusque; brusquement; choquant; cru; d'un coup; d'un ton brusque; du coup; gauche; imprévu; inattendu; inopiné; prompt; promptement; précipitamment; rapide; rapidement; rudement; sec; soudain; soudainement; subit; subitement; subito; sèche; tout d'un coup; tout à coup; vite; à l'improviste
onzacht abrupt; brusque; brusquement; d'un ton brusque brutal; brutalement; qui a la main lourde; rude; rudement; violemment; violent
plots abrupt; balourd; brusque; brusquement; choquant; d'un coup; d'un ton brusque; du coup; gauche; imprévu; inattendu; inopiné; prompt; promptement; précipitamment; soudain; soudainement; subit; subitement; subito; sèche; tout d'un coup; tout à coup
plotseling abrupt; balourd; brusque; brusquement; choquant; d'un coup; d'un ton brusque; du coup; gauche; imprévu; inattendu; inopiné; prompt; promptement; précipitamment; soudain; soudainement; subit; subitement; subito; sèche; tout d'un coup; tout à coup
schielijk abrupt; brusque; brusquement
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eensklaps abrupt; balourd; brusque; brusquement; choquant; d'un coup; d'un ton brusque; du coup; gauche; imprévu; inattendu; inopiné; prompt; promptement; précipitamment; soudain; soudainement; subit; subitement; subito; sèche; tout d'un coup; tout à coup
ineens abrupt; balourd; brusque; brusquement; choquant; d'un coup; d'un ton brusque; du coup; gauche; imprévu; inattendu; inopiné; prompt; promptement; précipitamment; soudain; soudainement; subit; subitement; subito; sèche; tout d'un coup; tout à coup
opeens abrupt; balourd; brusque; brusquement; choquant; d'un coup; d'un ton brusque; du coup; gauche; imprévu; inattendu; inopiné; prompt; promptement; précipitamment; soudain; soudainement; subit; subitement; subito; sèche; tout d'un coup; tout à coup
plotsklaps abrupt; balourd; brusque; brusquement; choquant; d'un coup; d'un ton brusque; du coup; gauche; imprévu; inattendu; inopiné; prompt; promptement; précipitamment; soudain; soudainement; subit; subitement; subito; sèche; tout d'un coup; tout à coup

Synoniemen voor "abrupt":


Wiktionary: abrupt

abrupt
adjective
  1. Dont la pente est escarpée et comme rompre.

Cross Translation:
FromToVia
abrupt steil abrupt — extremely steep
abrupt steil steep — near-vertical
abrupt steil jäh — steil in die Tiefe abfallend
abrupt gauw jäh — unerwartet, abrupt und heftig sich entwickelnd

Computer vertaling door derden: