Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. circuit:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor circuit (Nederlands) in het Frans

circuit:

circuit [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het circuit
    le circuit; la piste
    • circuit [le ~] zelfstandig naamwoord
    • piste [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor circuit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
circuit circuit baan; cyclus; kringloop; parcours; racebaan; ring; rit; rondreis; rondrit; stadionring; stroomkring; tochtje; toer; tour; trip
piste circuit baan; buitenweg; dreef; gedeelte van de weg; landweg; nummer; paadje; pad; parcours; piste; racebaan; rijbaan; rijstrook; rijweg; ring; stadionring; straat; straatweg; trekpad; weg; wielerbaan

Verwante woorden van "circuit":

  • circuits, circuitje

Wiktionary: circuit

circuit
noun
  1. omloop voor snelheidswedstrijden
  2. elektronisch netwerk

Verwante vertalingen van circuit