Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. helend:
  2. helen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor helend (Nederlands) in het Frans

helend:

helend bijvoeglijk naamwoord

  1. helend (genezend)
    guérissant; curatif

Vertaal Matrix voor helend:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
curatif genezend; helend
guérissant genezend; helend

helend vorm van helen:

helen werkwoord (heel, heelt, heelde, heelden, geheeld)

  1. helen (gezond worden; genezen; beteren)
    guérir
    • guérir werkwoord (guéris, guérit, guérissons, guérissez, )
  2. helen (genezen van ziekte)
    rétablir; guérir d'une maladie
    • rétablir werkwoord (rétablis, rétablit, rétablissons, rétablissez, )
  3. helen (gestolen goed verkopen)
    receler; fourguer
    • receler werkwoord (recèle, recèles, recelons, recelez, )
    • fourguer werkwoord

Conjugations for helen:

o.t.t.
  1. heel
  2. heelt
  3. heelt
  4. helen
  5. helen
  6. helen
o.v.t.
  1. heelde
  2. heelde
  3. heelde
  4. heelden
  5. heelden
  6. heelden
v.t.t.
  1. heb geheeld
  2. hebt geheeld
  3. heeft geheeld
  4. hebben geheeld
  5. hebben geheeld
  6. hebben geheeld
v.v.t.
  1. had geheeld
  2. had geheeld
  3. had geheeld
  4. hadden geheeld
  5. hadden geheeld
  6. hadden geheeld
o.t.t.t.
  1. zal helen
  2. zult helen
  3. zal helen
  4. zullen helen
  5. zullen helen
  6. zullen helen
o.v.t.t.
  1. zou helen
  2. zou helen
  3. zou helen
  4. zouden helen
  5. zouden helen
  6. zouden helen
en verder
  1. ben geheeld
  2. bent geheeld
  3. is geheeld
  4. zijn geheeld
  5. zijn geheeld
  6. zijn geheeld
diversen
  1. heel!
  2. heelt!
  3. geheeld
  4. helend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor helen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fourguer gestolen goed verkopen; helen
guérir beteren; genezen; gezond worden; helen beteren; cureren; genezen; gezond maken; leven beteren
guérir d'une maladie genezen van ziekte; helen
receler gestolen goed verkopen; helen achterhouden; bemantelen; beveiligen; van alarm voorzien; verbergen; verduisteren; verheimelijken; verhullen; versluieren; verstoppen; wegstoppen
rétablir genezen van ziekte; helen beteren; fiksen; goedmaken; herstellen; hervinden; in orde brengen; in orde maken; leven beteren; maken; opnieuw instellen; rechtzetten; repareren; terugkeren; terugvinden; vernieuwen
- genezen

Verwante woorden van "helen":


Synoniemen voor "helen":


Verwante definities voor "helen":

  1. weer beter, gezond maken/worden1
    • de wond is inmiddels geheeld1
  2. iets kopen waarvan je weet dat het gestolen is1
    • het kopen van die gestolen fiets is een vorm van helen1

Wiktionary: helen

helen
verb
  1. délivrer d’un mal physique.
  2. Se délivrer d’un mal physique.
  3. Garder, cacher une chose que l’on sait être volée
  4. retrouver, rentrer en possession ; acquérir de nouveau une chose qu’on perdre.

Cross Translation:
FromToVia
helen assainir; guérir heal — make better