Nederlands

Uitgebreide vertaling voor indicator (Nederlands) in het Frans

indicator:

indicator [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de indicator (graadmeter)
    l'indicateur; la jauge; le poids et mesures; l'étalonnage; la marque d'étalonnage
  2. de indicator
    l'indicateur
  3. de indicator

Vertaal Matrix voor indicator:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
indicateur graadmeter; indicator graadmeetapparaat; graadmeter; gradenmeter; ijk; ijkmerk; informant; maatstaf; markering; spanningsmeter; tipgever; toetssteen; vlag; voltmeter
jauge graadmeter; indicator graadmeetapparaat; graadmeter; gradenmeter; ijk; ijkmerk; peilstok; ruimtemaat
marque d'étalonnage graadmeter; indicator graadmeetapparaat; graadmeter; gradenmeter
poids et mesures graadmeter; indicator graadmeetapparaat; graadmeter; gradenmeter; maten en gewichten
étalonnage graadmeter; indicator graadmeetapparaat; graadmeter; gradenmeter; ijk; ijking; ijkmerk
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
indicateur de tableau de bord indicator

Verwante woorden van "indicator":

  • indicatoren, indicators