Nederlands

Uitgebreide vertaling voor landhuis (Nederlands) in het Frans

landhuis:

landhuis [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het landhuis (buitenhuis; buitenverblijf)
    la maison de campagne; le séjour à la campagne; la villa; la maison de plaisance; la propriété à la campagne

Vertaal Matrix voor landhuis:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
maison de campagne buitenhuis; buitenverblijf; landhuis riddergoed; weekeindhuisje; weekendhuis
maison de plaisance buitenhuis; buitenverblijf; landhuis
propriété à la campagne buitenhuis; buitenverblijf; landhuis buitengoed
séjour à la campagne buitenhuis; buitenverblijf; landhuis
villa buitenhuis; buitenverblijf; landhuis riddergoed; villa

Verwante woorden van "landhuis":

  • landhuizen

Wiktionary: landhuis

landhuis
noun
  1. Petit domaine d’un gentilhomme à la campagne.
  2. résidence de repos ou de loisir, en zone rurale.

Cross Translation:
FromToVia
landhuis maison de campagne country house — residence

Computer vertaling door derden: