Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. onmondigheid:
  2. onmondig:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onmondigheid (Nederlands) in het Frans

onmondigheid:

onmondigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de onmondigheid
    la minorité; l'incapacité

Vertaal Matrix voor onmondigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
incapacité onmondigheid incompetentie; invaliditeit; machteloosheid; onbekwaamheid; ongeschiktheid; onvermogen
minorité onmondigheid minderheid; minderjarigheid

Verwante woorden van "onmondigheid":


onmondigheid vorm van onmondig:

onmondig bijvoeglijk naamwoord

  1. onmondig
    mineur
    • mineur bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor onmondig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mineur houwer; kompel; mijnwerker; minderjarige; onmondige
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mineur onmondig minderjarig; mineur; mol

Verwante woorden van "onmondig":