Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. spekkopers:
  2. spekkoper:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor spekkopers (Nederlands) in het Frans

spekkopers:

spekkopers [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de spekkopers
    le baratineurs; l'hâbleurs

Vertaal Matrix voor spekkopers:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
baratineurs spekkopers
hâbleurs spekkopers

Verwante woorden van "spekkopers":


spekkoper:

spekkoper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de spekkoper
    l'hâbleur

Vertaal Matrix voor spekkoper:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hâbleur spekkoper bluffer; dikdoener; opschepper; opscheppers; patser; pocher; praatjes; praatjes hebben; praatjesmakers; snoever; snoevers; windbuil; windbuilen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hâbleur grootsprakig; opschepperig; protsend; protserig; schreeuwerig

Verwante woorden van "spekkoper":