Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. teugel:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor teugel (Nederlands) in het Frans

teugel:

teugel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de teugel (leidsel; toom)
    la bride; la rêne
    • bride [la ~] zelfstandig naamwoord
    • rêne [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. de teugel (riem; lijn; lei)
    la laisse; la ceinture; la lisière
    • laisse [la ~] zelfstandig naamwoord
    • ceinture [la ~] zelfstandig naamwoord
    • lisière [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor teugel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bride leidsel; teugel; toom breidel; halsband; hoofdstel; hoofdtuig; leiband
ceinture lei; lijn; riem; teugel broekband; broekriem; ceintuur; gordel; gordelriem; plaatje; riem; singeltje
laisse lei; lijn; riem; teugel halsband; leiband; uiterwaard
lisière lei; lijn; riem; teugel boordsel; galon; halsband; leiband; omzoming; oplegsel; passement; rand; zoom
rêne leidsel; teugel; toom halsband; leiband

Verwante woorden van "teugel":

  • teugelen, teugels, teugeltje, teugeltjes

Wiktionary: teugel

teugel
noun
  1. riem of koord voor het besturen van dieren
teugel
noun
  1. équitation|fr harnais placé sur la tête du cheval et destiné à l’arrêter ou à le diriger, selon la volonté du cavalier.

Cross Translation:
FromToVia
teugel bride; mettre un frein Zaum — zum Zügeln am Kopf von Zug-, Last- und Reittieren angebrachte Vorrichtung bestehend aus Zaumgebiss und Riemenzeug
teugel rêne Zügel — Riemen oder Seil, mit dem man Reittiere lenkt
teugel rêne rein — strap or rope

Computer vertaling door derden: