Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. vooruitschieten:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vooruitschieten (Nederlands) in het Frans

vooruitschieten:

vooruitschieten werkwoord (schiet vooruit, schoot vooruit, schoten vooruit, vooruit geschoten)

  1. vooruitschieten
    propulser
    • propulser werkwoord (propulse, propulses, propulsons, propulsez, )

Conjugations for vooruitschieten:

o.t.t.
  1. schiet vooruit
  2. schiet vooruit
  3. schiet vooruit
  4. schieten vooruit
  5. schieten vooruit
  6. schieten vooruit
o.v.t.
  1. schoot vooruit
  2. schoot vooruit
  3. schoot vooruit
  4. schoten vooruit
  5. schoten vooruit
  6. schoten vooruit
v.t.t.
  1. ben vooruit geschoten
  2. bent vooruit geschoten
  3. is vooruit geschoten
  4. zijn vooruit geschoten
  5. zijn vooruit geschoten
  6. zijn vooruit geschoten
v.v.t.
  1. was vooruit geschoten
  2. was vooruit geschoten
  3. was vooruit geschoten
  4. waren vooruit geschoten
  5. waren vooruit geschoten
  6. waren vooruit geschoten
o.t.t.t.
  1. zal vooruitschieten
  2. zult vooruitschieten
  3. zal vooruitschieten
  4. zullen vooruitschieten
  5. zullen vooruitschieten
  6. zullen vooruitschieten
o.v.t.t.
  1. zou vooruitschieten
  2. zou vooruitschieten
  3. zou vooruitschieten
  4. zouden vooruitschieten
  5. zouden vooruitschieten
  6. zouden vooruitschieten
diversen
  1. schiet vooruit!
  2. schiet vooruit!
  3. vooruit geschoten
  4. vooruitschietend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor vooruitschieten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
propulser vooruitschieten aanzetten; aanzwiepen; opdrijven; opstuwen; opzwepen; sterk prikkelen; stuwen; voortbewegen; voortdrijven; voortjagen; voortstuwen; vooruitduwen; wegjagen

Computer vertaling door derden: