Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. vrijwilligheid:
  2. vrijwillig:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vrijwilligheid (Nederlands) in het Frans

vrijwilligheid:

vrijwilligheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de vrijwilligheid (belangeloosheid)
    le volontariat; le bénévolat

Vertaal Matrix voor vrijwilligheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bénévolat belangeloosheid; vrijwilligheid vrijwilligerswerk
volontariat belangeloosheid; vrijwilligheid

Verwante woorden van "vrijwilligheid":


vrijwilligheid vorm van vrijwillig:

vrijwillig bijvoeglijk naamwoord

  1. vrijwillig (spontaan; uit vrije wil; onverplicht)
    bénévole; volontaire; sans contrainte

Vertaal Matrix voor vrijwillig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bénévole vrijwilligster
volontaire volontair; volontaire; vrijwilliger; vrijwilligster
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bénévole onverplicht; spontaan; uit vrije wil; vrijwillig belangeloos; niet egoïstisch; onbaatzuchtig; onzelfzuchtig
sans contrainte onverplicht; spontaan; uit vrije wil; vrijwillig 'tuurlijk; allicht; bijgevolg; dus; in een handomdraai; in het voorbijgaan; informeel; logisch; losjes; moeiteloos; natuurlijk; ongedwongen; ongekunsteld; onontkomelijk; terloops; uiteraard; vanzelf; vanzelfsprekend; voorlopig; vrijblijvend; zeker; zonder moeite; zonder twijfel
volontaire onverplicht; spontaan; uit vrije wil; vrijwillig bewust; doelbewust; expres; met opzet; moedwillig; opzettelijk; voorbedacht; weloverwogen

Verwante woorden van "vrijwillig":


Wiktionary: vrijwillig

vrijwillig
adjective
  1. niet gedwongen
vrijwillig
adjective
  1. Qui fait volontairement, de bon gré, un travail non rémunéré.
  2. Qui se fait sans contrainte, de pure volonté.

Cross Translation:
FromToVia
vrijwillig volontairement; bénévolement voluntarily — in a voluntary manner
vrijwillig volontaire voluntary — done, given, or acting of one's own free will

Computer vertaling door derden: