Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. zouteloosheid:
  2. zouteloos:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zouteloosheid (Nederlands) in het Frans

zouteloosheid:

zouteloosheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de zouteloosheid
    la fadeur; l'insipidité

Vertaal Matrix voor zouteloosheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fadeur zouteloosheid flauwheid; geesteloosheid; vaalheid; zonder veel smaak
insipidité zouteloosheid geesteloosheid; onbenulligheid; ongein; onwetendheid; stompzinnigheid

Verwante woorden van "zouteloosheid":


zouteloos:

zouteloos bijvoeglijk naamwoord

  1. zouteloos
    fade; sans sel

Vertaal Matrix voor zouteloos:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fade zouteloos afstompend; bleekjes; duf; eentonig; flauw; geestdodend; laf; muf; oubakken; oud; oudbakken; pips; plat; saai; slap; slapjes; smakeloos; stijlloos; stom; suf; verschaald; wee; ziekelijk; zonder smaak; zonder zout; zoutloos; zwak
sans sel zouteloos flauw; laf; zonder zout; zoutloos

Verwante woorden van "zouteloos":


Wiktionary: zouteloos

zouteloos
adjective
  1. overdrachtelijk: waar alle belangwekkendheid aan ontbreekt