Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. zuurheid:
  2. zuur:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zuurheid (Nederlands) in het Frans

zuurheid:

zuurheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de zuurheid
    l'acidité

Vertaal Matrix voor zuurheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acidité zuurheid zurigheid; zuurte

Verwante woorden van "zuurheid":


Wiktionary: zuurheid

zuurheid
noun
  1. qualité de ce qui est acide.
  2. qualité de ce qui est aigre, acide, notamment pour un aliment.

zuurheid vorm van zuur:

zuur [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het zuur (tafelzuur)
    le pickles
    • pickles [le ~] zelfstandig naamwoord
  2. het zuur
    l'acide
    • acide [le ~] zelfstandig naamwoord

zuur bijvoeglijk naamwoord

  1. zuur (galachtig; bitter)
    acide; aigre; aigrement; amer; amèrement
  2. zuur (zuur smakend; wrang)
    acide; amer; aigre; sur; désagréable; aigrement; déplaisant

Vertaal Matrix voor zuur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acide zuur zurigheid
pickles tafelzuur; zuur piccalilly
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- bitter
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
sur bij; te; ter; via
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acide bitter; galachtig; wrang; zuur; zuur smakend bitter; bitterachtig; honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend
aigre bitter; galachtig; wrang; zuur; zuur smakend bits; bitter teleurgesteld; fel; grimmig; hanig; honend; kattig; pinnig; rins; schamper; scherp; smadelijk; smadend; smalend; snibbig; spinnig; spottend; verbeten; verbitterd; vinnig; vlijmend; wrangig; zurig
aigrement bitter; galachtig; wrang; zuur; zuur smakend bitter teleurgesteld; fel; grimmig; hanig; honend; pinnig; schamper; scherp; smadelijk; smadend; smalend; snibbig; spottend; verbeten; verbitterd; vinnig; vlijmend
amer bitter; galachtig; wrang; zuur; zuur smakend bitter; bitter van smaak; bitterachtig; honend; onheus; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend
amèrement bitter; galachtig; zuur bitter; bitterachtig; honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend
déplaisant wrang; zuur; zuur smakend afstotend; hinderlijk; lastig; lelijk; naar; niet schikkend; onaangenaam; onaantrekkelijk; ongelegen; onheus; onplezierig; onsympathiek; onverkwikkelijk; storend
désagréable wrang; zuur; zuur smakend afgezaagd; afstotend; antipathiek; ellendig; hinderlijk; langdraadig; langwijlig; lastig; lelijk; melig; naar; niet schikkend; onaangenaam; onaantrekkelijk; onaardig; onbehaaglijk; ongelegen; ongenietbaar; onhartelijk; onhebbelijk; onheus; onplezierig; onprettig; onverdraagzaam; onverkwikkelijk; onvriendelijk; onwelwillend; onwennig; rot; saai; slecht geluimd; storend; stuitend; vervelend
sur wrang; zuur; zuur smakend aan; bij; erbij; erop; rins; zurig

Verwante woorden van "zuur":


Synoniemen voor "zuur":


Antoniemen van "zuur":


Verwante definities voor "zuur":

  1. het geeft je een vervelend gevoel1
    • het is zuur voor hem dat het feest niet doorgaat1
  2. bepaalde scheikundige stof1
    • met deze zuren moet je voorzichtig zijn1
  3. iets dat een scherpe smaak heeft1
    • ik heb een pot zuur gekocht1
  4. met een scherpe smaak1
    • azijn smaakt zuur1

Wiktionary: zuur

zuur
noun
  1. zure vloeistof
adjective
  1. een smaak hebbend zoals citroensap of azijn
zuur
adjective
  1. Qualifie une saveur aigre ou piquante.
  2. Qui a une saveur acide et amère provoquant un sentiment désagréable.
  3. Rendu aigre.
  4. (familier, fr) Qui a tendance à bougonner.
  5. Qui grogner. — usage N’a pas de féminin quand il s’applique aux personnes.
  6. Qui dénote la hargne, qui est d’humeur chagrine, agressive.
  7. Qui travaille beaucoup, qui aime le travail.
  8. D’humeur chagrin ; sombre ; ombrageux ; morose ; renfrogné.
  9. Qui se fait avec peine, qui donne de la peine, de la fatigue.
  10. Qui est fantasque, qui est sujet à des quintes, à des accès de mauvaise humeur.
  11. rare|fr Qui est rude, âpre au goût.
noun
  1. chimie|fr (vieilli) ou (familier, fr) liquide chimiquement capable d'attaquer et de dissoudre les métaux, voire certaines roches.

Cross Translation:
FromToVia
zuur acide; aigre acid — sour, sharp, or biting to the taste
zuur acide acid — sour-tempered
zuur acide acid — a sour substance
zuur acide acid — in chemistry
zuur aigre; sur sour — having an acidic, sharp or tangy taste
zuur amer; mordant tart — with sharp taste, sour
zuur → brûlures d'estomac SodbrennenMedizin: Aufstoßen saurer oder bitterer Flüssigkeit mit brennendem Gefühl in der Speiseröhre verursacht durch übermäßige Säurebildung im Magen oder nach dem Genuss von „Säurelockern“ wie Bratspeisen, Alkohol, Kaffee oder Nikotin
zuur acide sauer — die Grundgeschmacksrichtung, die unreifem Obst, gestockter Milch, unter Luftabschluss vergorenem Kohl und durch Essigmutter zu Essig umgesetztem Alkohol gemeinsam ist