Nederlands
Uitgebreide synoniemen voor absoluut in het Nederlands
absoluut:
-
absoluut
onvoorwaardelijk; absoluut; zeker; pertinent; vaststaand; volstrekt; vast en zeker; ten enenmale-
onvoorwaardelijk bijvoeglijk naamwoord
-
absoluut bijvoeglijk naamwoord
-
zeker bijvoeglijk naamwoord
-
pertinent bijvoeglijk naamwoord
-
vaststaand bijvoeglijk naamwoord
-
volstrekt bijvoeglijk naamwoord
-
vast en zeker bijvoeglijk naamwoord
-
ten enenmale bijvoeglijk naamwoord
-
-
absoluut
-
absoluut
-
absoluut
– zonder beperkingen, helemaal 1absoluut; beslist; ongetwijfeld; volkomen; volstrekt– zonder beperkingen, helemaal 1-
absoluut bijvoeglijk naamwoord
-
beslist bijvoeglijk naamwoord
-
ongetwijfeld bijwoord
-
volkomen bijvoeglijk naamwoord
-
volstrekt bijvoeglijk naamwoord
-