Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor bedeesdheid in het Nederlands

bedeesdheid:

bedeesdheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de bedeesdheid
    de verlegenheid; de bedeesdheid; de timiditeit; de schroom; de geslotenheid; de schuwheid

Verwante woorden van "bedeesdheid":


bedeesdheid vorm van bedeesd:

bedeesd bijvoeglijk naamwoord

  1. bedeesd
    verlegen; timide; schuchter; bedeesd; beschroomd; bleu; schroomvallig

Verwante woorden van "bedeesd":