Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. buigbaarheid:
  2. buigbaar:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor buigbaarheid in het Nederlands

buigbaarheid:

buigbaarheid [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. buigbaarheid
    buigbaarheid

Verwante woorden van "buigbaarheid":


buigbaar:

buigbaar bijvoeglijk naamwoord

  1. buigbaar
    flexibel; soepel; buigbaar

Verwante woorden van "buigbaar":