Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor buitenspeler in het Nederlands

buitenspeler:

buitenspeler [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de buitenspeler
    de buitenspeler; speler buitenshuis
  2. de buitenspeler
    de vleugelspeler; de spits; de rechtsbuiten; de buitenspeler; de linksbuiten; de flankspeler

Verwante woorden van "buitenspeler":