Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor geitenbreier in het Nederlands

geitenbreier:

geitenbreier [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de geitenbreier
    de geitenbreier; de zeikerd; de zemel; de zeurpiet; de zeur; de zeurkous
    • geitenbreier [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • zeikerd [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • zemel [de ~] zelfstandig naamwoord
    • zeurpiet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • zeur [de ~] zelfstandig naamwoord
    • zeurkous [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. de geitenbreier
    de lanterfanter; de geitenbreier; de nietsnut; de slampamper; de lamzak; de lammeling; de leegloper; slapkous; de lapzwans; de lijntrekker

Verwante woorden van "geitenbreier":

  • geitenbreiers