Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Nederlands ->Vertaal gewoontes

Synoniemen voor "gewoontes" in het Nederlands

Overzicht

Nederlands Synoniemen: Meer gegevens...

gewoontes:
- gewoontes; usances; tradities; zeden; gebruiken
gewoonte:
- gewoonte; usance; gebruik; traditie

Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor gewoontes in het Nederlands

gewoontes:

gewoontes [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de gewoontes
de gewoontes; de usances; de tradities; de zeden; de gebruiken
- gewoontes [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- usances [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- tradities [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- zeden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- gebruiken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Verwante woorden van "gewoontes":

gewoonte

gewoonte:

gewoonte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

de gewoonte
de gewoonte; de usance; het gebruik; de traditie
- gewoonte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- usance [de ~] zelfstandig naamwoord
- gebruik [het ~] zelfstandig naamwoord
- traditie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
de gewoonte

– wat men gewoonlijk doet of moet ¹
het gebruik; de gewoonte
– wat men gewoonlijk doet of moet ¹
- gebruik [het ~] zelfstandig naamwoord
  - ken je de gewoonten en gebruiken van dat land?¹
- gewoonte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  - wij hebben de gewoonte met Kerst een boom neer te zetten¹
de gewoonte

– wat je gewend bent ¹
de gewoonte
– wat je gewend bent ¹
- gewoonte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  - hij heeft de gewoonte 's morgens niet te eten¹

Verwante woorden van "gewoonte":

gewoonten, gewoontes

Alternatieve synoniemen voor "gewoonte":

gebruik

Verwante definities voor "gewoonte":

wat men gewoonlijk doet of moet¹
- wij hebben de gewoonte met Kerst een boom neer te zetten¹
wat je gewend bent¹
- hij heeft de gewoonte 's morgens niet te eten¹

¹Muiswerk Woordenboek